Tympaan
Kunstopdracht Petruskerk Leiden

Het bestuur van de Petruskerk in Leiden gaf Irène Prinsen in 1996 opdracht de driehoekige ruimte boven de hoofdingang van een sculpturale toepassing te voorzien. Prinsen koos voor een boogvormig reliëf (Cortenstaal) met als thema de overhandiging van de hemelsleutels aan Petrus. Christus wordt in het kunstwerk als een spirituele gedaante voorgesteld terwijl Petrus als een krachtige aardse figuur wordt opgevat.

Christus geeft Petrus twee sleutels, een wereldse en een spirituele sleutel. De betekenis hiervan is, dat wat Petrus in de wereld op aarde opent, ook in de hemel zal opengaan terwijl datgene wat hij in de aardse realiteit afsluit ook in de ideële wereld beëindigd zal worden.

Het tympaan is de driehoekige ruimte tussen de bovendorpel en de twee opgaande stijlen van de puntgevel aan de voorzijde van het gebouw. De Petrus kerk werd in de jaren dertig van de twintigste eeuw gebouwd naar een ontwerp van de architect Kropholler in een robuuste neo-Romaanse stijl met veel prachtig uitgesmeed ijzerbeslag. Het ontwerp verwijst naar de Romaanse periode in de middeleeuwse bouwkunst.

In de Romaanse en Gothische bouwkunst van de middeleeuwen was het tympaan, ook wel fronton genoemd, de plaats bij uitstek waar de beeldhouwkunst haar activiteiten ontplooide. Het tympaan van de Petruskerk was anno 1996 nog altijd niet gesculpteerd. Prinsen ontwierp een driehoekig boogvormig reliëf van Corten Staal. Hierop wordt het moment afgebeeld waarop Christus de hemelsleutels aan Petrus geeft. Twee sleutels. De reden hiervan is, dat elk handelen van Petrus tegelijkertijd naar het ideële en het reële toe werkt. Petrus staat daarmee model voor de mens in het algemeen, een wezen dat als draaipunt tussen hemel en aarde steeds opnieuw vorm moet geven aan tegengestelde krachten.